Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [11]Dat Gij onderzoekt naar mijn ongerechtigheid, en naar mijn zonde [12]verneemt? 11. Te weten, door deze bittere smart, die ik lijd, en al de andere straffen, die Gij mij toegezonden hebt, welke mij allen gelijk pijnigingen zijn, waarmede Gij mij schijnt te pijnigen om mij de bekentenis mijner misdaden uit te persen. 12. Even alsof alle dingen U niet ten volle bekend waren.